Differentiaaldiagnose bij patiënten bij wie een anoxisch-ischemisch coma wordt vermoed

Klinische praktijk
M. van der Jagt
R.J. Bosman
I.N. van Schaik
I.A.C. van der Bilt
L.R. Dekker
D.F. Zandstra
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:297-4
Abstract

Zie ook de artikelen op bl. 308, 314 en 331.

Dames en Heren,

Patiënten die na een cardiopulmonale reanimatie een anoxisch-ischemisch coma hebben, worden frequent behandeld op een intensivecare-unit (ICU). De prognose is slecht: de sterfte varieert in de diverse studies van 28-92.1 Een recente Nederlandse prospectieve multicentrische studie rapporteerde bij 87 van de patiënten een slechte uitkomst, dat wil zeggen overlijden of persisterend bewustzijnsverlies na een maand.2

Bij patiënten die na cardiopulmonale reanimatie comateus zijn ten gevolge van een verondersteld acuut coronair syndroom dient men altijd een differentiaaldiagnose op te stellen, voor zowel dit syndroom als het coma. In deze les laten wij u zien dat alternatieve diagnosen namelijk belangrijke therapeutische consequenties kunnen hebben.

Patiënt A, een man van 47 jaar, met in de voorgeschiedenis diabetes mellitus type 2 en hypertensie, werd op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) gebracht nadat omstanders basale reanimatie bij hem…

Auteursinformatie

Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, Amsterdam.

Afd. Intensive Care: hr.dr.M.van der Jagt, neuroloog en intensivist (thans: Erasmus MC, afd. Intensive Care, ’s-Gravendijkwal 230, 3015 CE Rotterdam); hr.R.J.Bosman en hr.prof.dr.D.F.Zandstra, anesthesiologen-intensivisten.

Afd. Neurologie: hr.dr.I.N.van Schaik, neuroloog.

Academisch Medisch Centrum/Universiteit van Amsterdam, afd. Cardiologie, Amsterdam.

Hr.I.A.C.van der Bilt, assistent-geneeskundige in opleiding tot klinisch onderzoeker (AGIKO); hr.dr.L.R.Dekker, cardioloog en elektrofysioloog.

Contact hr.dr.M.van der Jagt (m.vanderjagt@erasmusmc.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties