Diagnostiek en behandeling van hiv-gerelateerde kaposisarcomen

- A 42-year-old heterosexual man presented with bluish-purple spots on his skin and in his mouth cavity that had been present for a few months; a 48-year-old homosexual man had painful lymphadenopathy in the groins and left axilla. Both men appeared to have a Kaposi’s sarcoma and to be HIV-positive. During highly active antiretroviral therapy (HAART) and radiotherapy or chemotherapy, both the AIDS parameters and the skin lesions improved. Kaposi’s sarcoma is AIDS-defining in HIV-seropositive patients. Human herpesvirus-8 infection seems to play a role in the development of Kaposi’s sarcoma. The incidence of Kaposi’s sarcoma has declined since the introduction of HAART. Nowadays, Kaposi’s sarcoma is frequently the presenting symptom of HIV-seropositivity. Patients present with purple cutaneous lesions and/or generalised lymphadenopathy. Visceral lesions are associated with a shorter median survival. The treatment of Kaposi’s sarcoma is palliative, whereas immune restitution can lead to regression of the sarcoma.

Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:589-93

Rectificatie

In het artikel met de bovenstaande titel van de hand van A.K.L.Reyners, H.G.Sprenger, A.J.H.Suurmeijer en W.T.A.van der Graaf, verschenen in nummer 11 van de huidige jaargang (2006;150:589-93), is ten onrechte dr.P.C.van Voorst Vader, dermatoloog, afd. Dermatologie, Universitair Medisch Centrum Groningen, niet als auteur vermeld, ondanks een substantiële bijdrage aan de verslaglegging. De juiste auteurslijst is: A.K.L.Reyners, H.G.Sprenger, P.C.van Voorst Vader, A.J.H.Suurmeijer en W.T.A.van der Graaf.

Diagnosis and treatment of HIV-related Kaposi’s sarcoma

- Dr.P.C.van Voorst Vader, dermatologist, department of Dermatology, University Medical Centre Groningen, the Netherlands, was erroneously not mentioned as co-author of the article with the title stated above, published in issue 11 of this year’s journal (2006;150:589-93), despite his considerable contribution to the reporting. The correct sequence of the authors is: A.K.L.Reyners, H.G.Sprenger, P.C.van Voorst Vader, A.J.H.Suurmeijer and W.T.A.van der Graaf.

Dames en Heren,

Het kaposisarcoom is een aidsdefiniërende aandoening bij hiv-geïnfecteerde patiënten. In de periode 1998-2002 was de incidentie gemiddeld 40 patiënten per jaar in Nederland, terwijl deze in de periode 1990-1994, vóór de invoering van de krachtige antiretrovirale therapie (‘highly active antiretroviral therapy’; HAART), gemiddeld 123 patiënten per jaar was (www.kankerregistratie.nl). Niet alleen is het kaposisarcoom heden ten dage nog steeds een indicator voor een (nog niet gediagnosticeerde) hiv-infectie, ook is het veelal het eerste symptoom van aids. Aangezien patiënten zich bij verschillende disciplines kunnen presenteren met een kaposisarcoom en het voor de behandeling belangrijk is om deze zeldzame aandoening te onderkennen, beschrijven wij aan de hand van twee ziektegeschiedenissen het klinisch beeld, de diagnostiek en de behandelingsmogelijkheden.

Patiënt A, een 42-jarige heteroseksuele man, werd naar onze polikliniek Dermatologie verwezen in verband met sinds enkele maanden aanwezige paarsblauwe plekken op de huid en in de mondholte. Daarnaast bestond er…