Diagnostiek en behandeling van het non-Hodgkin-lymfoom bij de oudere patiënt

Klinische praktijk
J.K. Doorduijn
P. Sonneveld
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1997;141:2152-7
Abstract

Samenvatting

– Het non-Hodgkin-lymfoom (NHL) komt relatief vaak voor bij oudere patiënten: meer dan de helft van de diagnosen betreft 65-plussers.

– De keuze voor behandeling komt, net als bij jongere patiënten, tot stand op basis van het histologische NHL-type, het klinische stadium van de ziekte en de prognostische groep waartoe de patiënt behoort.

– In toenemende mate wordt getracht om op grond van de te verwachten respons en overleving de therapie af te stemmen op deze prognostische groepen.

– Bij oudere patiënten zijn de therapeutische mogelijkheden beperkt vanwege de te verwachten toxiciteit van intensieve therapie.

– De te verwachten winst in levensjaren dient afgewogen te worden tegen de nadelen van acute en chronische toxiciteit ten gevolge van de behandeling; het behoud van een goede kwaliteit van leven tijdens en na de behandeling is van groot belang. Dit geldt vooral voor patiënten met een laaggradig NHL, dat slechts intermitterend behandeld hoeft te worden.

– Het is mogelijk om een deel van de oudere patiënten met NHL van een intermediaire of hoge maligniteitsgraad te genezen met combinatiechemotherapie.

– Patiënten met een laaggradig NHL of met een klinische conditie die geen intensieve therapie toelaat, kunnen met een palliatief schema soms een periode van tijdelijke tumorstabilisatie verkrijgen, waarbij men de kwaliteit van leven in het beleid dient te betrekken.

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Hematologie, Dr.

Molewaterplein 40, 3015 GD Rotterdam.

Mw.J.K.Doorduijn en dr.P.Sonneveld, internisten.

Contact dr.P.Sonneveld

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties