Samenvatting
Doel
Inventarisatie van het gangbare diagnostische en therapeutische beleid bij extra-uteriene graviditeit (EUG) in Nederland.
Opzet
Enquête.
Plaats
Academisch Medisch Centrum, Amsterdam.
Methode
Schriftelijke enquête onder alle 130 gynaecologische praktijken in Nederland.
Resultaten
De respons was 94 (n = 122). Toepassing van transvaginale echoscopie bij de diagnostiek van EUG was algemeen gangbaar, maar een serum-hCG-bepaling was slechts in 75 van de praktijken binnen 24 h beschikbaar. In 83 van de praktijken vond screening plaats bij zwangeren met een verhoogde kans op EUG. De chirurgische benadering van de EUG was in 62 van de praktijken altijd laparoscopisch, geschiedde in 9 altijd via laparotomie en was in 28 afhankelijk van de kunde van de operateur. Bij zwangerschapswens werd in 53 van de praktijken altijd in opzet conserverend geopereerd, in 43 alleen conserverend bij een gave ipsilaterale tuba en in 2 altijd radicaal. Methotrexaat werd in 38 van de praktijken toegepast bij een persisterende trofoblast, in 16 bij de behandeling van interstitiële EUG en in 13 bij de behandeling van tubaire EUG.
Conclusie
Het diagnostische beleid bij EUG in Nederland is homogeen en goeddeels conform de internationale literatuur. In de therapie heeft laparoscopische chirurgie een belangrijke plaats. Vrijwel alle respondenten opereren in opzet conserverend. De toepassing van methotrexaat is (vooralsnog) beperkt tot de behandeling van een persisterende trofoblast na mislukte conserverende chirurgie.
Reacties