Samenvatting
– Cysteuze echinokokkose is de ziekte die bij de mens kan ontstaan na orale opname van eitjes van de hondenlintworm, Echinococcus granulosus. De cysten worden vooral in de lever, maar ook in de long aangetroffen.
– De diagnose ‘echinokokkose’ is gebaseerd op de anamnese, op het lichamelijk onderzoek, op de bevindingen bij echografie en CT en op serologisch onderzoek; de diagnose wordt bevestigd door parasitologisch onderzoek van cystevocht.
– De behandeling bestond tot ongeveer 15 jaar geleden uit operatie. Nadien zijn behandeling met aanvankelijk mebendazol, later met albendazol of met percutane drainage (punctie, aspiratie, injectie van een scolicide middel, reaspiratie (PAIR)), of met combinaties hiervan, geaccepteerde therapieën geworden.
– De gemelde succespercentages van de PAIR-methode zijn hoog, de recidiefpercentages zijn laag en het aantal complicaties is gering. Vanwege de korte follow-upperiode is een goede evaluatie evenwel nog niet mogelijk.
– Ter voorkoming van lekkage wordt bij de PAIR-methode een transhepatische punctie onder continue echo- of CT-geleide geadviseerd; ter vermijding van recidieven raadt men 1 week voorbehandeling en 1-4 weken nabehandeling met albendazol aan.
– De resultaten van albendazolmonotherapie zijn slecht voorspelbaar en vertonen een grote spreiding (succes: 30-88 (mediaan: 71); falen: 22-32 (mediaan: 25); recidief: 9,5-31 (mediaan: 16)).
– Zowel na albendazoltherapie als na de PAIR-ingreep is langdurige nacontrole nodig om regressie van de cysten te volgen en recidieven op te sporen. Het is niet duidelijk welke therapie de beste is.
Reacties