De standaard 'Depressieve stoornis' (eerste herziening) van het Nederlands Huisartsen Genootschap; reactie vanuit de huisartsgeneeskunde

Opinie
J.A. Mazel
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2005;149:507-8
Abstract

Zie ook de artikelen op bl. 509 en 523.

In elke huisartspraktijk zijn er 20-40 patiënten met een depressieve stoornis, van wie er velen hulp vragen van hun huisarts. In 1994 publiceerde het Nederlands Huisartsen Genootschap de standaard ‘Depressie’1 en recent verscheen de eerste herziening hiervan.2 3 Deze bevat een aantal belangrijke wijzigingen.

Om te beginnen is de titel veranderd in ‘Depressieve stoornis’. Dit is een gelukkige verandering, onder andere omdat hiermee duidelijker wordt aangegeven dat het gaat om een ziekte of stoornis. Onder het hoofdstuk ‘Voorlichting’ schrijven de samenstellers terecht dat het belangrijk is dat de behandelaar de patiënt erop kan wijzen dat deze zich dan ook niet schuldig hoeft te voelen. Het maken van onderscheid tussen lichte en ernstige depressie op grond van het aantal symptomen, zoals in de oorspronkelijke richtlijn, is verlaten, omdat het beleid er niet door wordt bepaald. Ik juich dit toe…

Auteursinformatie

Hr.dr.J.A.Mazel, huisarts, Prins Bernhardlaan 43, 7622 BE Borne.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties