Samenvatting
Doel
Beschrijven van de praktijk van terminale sedatie in Nederland.
Opzet
Descriptief.
Methoden
Een steekproef van artsen (n = 410; respons 85) werd gevraagd naar de frequentie waarmee zij terminale sedatie toepasten in 2000 en 2001, waarbij terminale sedatie gedefinieerd werd als de toediening van middelen om een patiënt in diepe sedatie of in coma te brengen, waarbij wordt afgezien van de kunstmatige toediening van voeding of vocht. Indien van toepassing werden van het recentste geval kenmerken van de besluitvorming in kaart gebracht.
Resultaten
Van alle artsen gaf 52 aan wel eens terminale sedatie toegepast te hebben. Op basis van de door de geïnterviewde artsen genoemde aantallen werd geschat dat terminale sedatie werd uitgevoerd bij 10,0 van alle sterfgevallen in Nederland: 5,5 door een specialist, 2,5 door een huisarts en 2,0 door een verpleeghuisarts. Doel van de terminale sedatie was meestal om pijn (51), onrust (38) en benauwdheid (38) te verlichten in de 211 recentste casussen. Daarnaast was bespoediging van het levenseinde het uitdrukkelijke doel bij 17 van de patiënten. De beslissing om diep te sederen werd in 59 van de gevallen overlegd met de patiënt en de beslissing om af te zien van voeding of vocht in 34.
Conclusies
In de zorg voor stervende patiënten in Nederland wordt relatief vaak terminale sedatie toegepast ter bestrijding van ernstige symptomen.
Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:467-71
Reacties