De plaats van uitwendige versie in de moderne obstetrie

Klinische praktijk
R.F.M. van Raaij
B. van der Lugt
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1987;131:1340-2

In 1980 hebben Mensink en Huisjes in dit Tijdschrift betoogd dat uitwendige versie geen zin heeft.1 Zij onderzochten het resultaat van de versie rond de 33e week van de zwangerschap en hebben de vraag of keren op een later tijdstip in de zwangerschap nuttig kan zijn opengelaten. De laatste jaren is in Nederland nauwelijks nog iets verschenen over dit onderwerp. In de internationale literatuur is sinds 1980 echter een aantal publikaties geweest dat niet eensluidend de uitwendige versie afwees. In dit artikel zullen wij deze literatuur bespreken en op grond hiervan een uitspraak doen over de zin en de te volgen procedure bij uitwendige versie.

Probleemstelling

Ongeveer 3,5 van de kinderen die à terme geboren worden, liggen in stuitligging. De morbiditeit en sterfte zijn bij stuitligging resp. 12 maal en 3 maal zo hoog als bij hoofdligging.2 Daarom wordt vaak sectio caesarea aanbevolen, die weliswaar de morbiditeit en…

Auteursinformatie

Ziekenhuis St. Joannes de Deo, afd. Verloskunde en Gynaecologie, Postbus 1638, 2003 BR Haarlem.

R.F.M.van Raaij, destijds co-assistent, en dr.B.van der Lugt, gynaecoloog.

Contact dr.B.van der Lugt

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties