Samenvatting
Veel ouderen hebben milde lichamelijke afwijkingen.
Het is bij ouderen moeilijk onderscheid te maken tussen fysiologische ouderdomsveranderingen en afwijkingen door ziekte.
Veel aandoeningen uiten zich bij ouderen met aspecifieke klachten of verschijnselen.
De relevantie van een afwijking kan beoordeeld worden door de patiënt als eigen referentie te gebruiken: in hoeverre is zijn of haar toestand veranderd?
Het toeschrijven van afwijkingen aan ziekte in plaats van veroudering is alleen zinvol als dit therapeutische consequenties heeft voor de patiënt; het functioneren van de patiënt is hierbij een belangrijke maat.
Reacties