Samenvatting
Doel
Te onderzoeken hoe patiënten een algehele anesthesie hebben ervaren en hoe zij deze waarderen.
Plaats
Polikliniek Anesthesiologie, Academisch Medisch Centrum, Amsterdam.
Opzet
Retrospectief onderzoek.
Patiënten en methode
Het onderzoek betrof 678 patiënten (449 vrouwen en 229 mannen) met een leeftijd van 6-83 jaar (mediaan: 33). Bij de preoperatieve screening ten behoeve van een electieve ingreep werd door dezelfde anesthesioloog gevraagd naar anesthesie-ervaringen. Tevens werd aan de laatste 250 patiënten gevraagd de anesthesie te beoordelen op een 5-puntsschaal. Voor het vergelijken van percentages werd een χ2-toets gebruikt en indien van toepassing een χ2-trendtoets.
Resultaten
Klachten uit de postanesthesiefase kwamen het meest voor, gevolgd door herinneringen aan de inleiding van de anesthesie. Postoperatieve misselijkheidbraken of sufheid slaperigheid werden het vaakst gerapporteerd; deze klachten waren onafhankelijk van het aantal anesthesieën dat patiënten hadden ondergaan. Het percentage meldingen van misselijkheidbraken was 21 en veranderde niet in de loop der jaren. Er waren 2 patiënten met een ‘awareness’-ervaring. Meer dan een kwart van de anesthesieën werd door de patiënten beoordeeld als ‘slecht’ of ‘zeer slecht’. Deze beoordeling werd niet beïnvloed door postoperatieve klachten van misselijkheidbraken of sufheidslaperigheid.
Conclusie
Ondanks de modernere anaesthetica zijn jarenlang bekende klachten, zoals misselijkheid en braken, nog steeds relevant. Omdat veel patiënten verwachten misselijk te worden na een anesthesie zou dit erop kunnen duiden dat psychologische factoren van betekenis zijn bij het ontstaan van klachten bij een anesthesie.
Reacties