De behandeling van malaria

– The diagnosis of malaria should include the species involved and in case of P. falciparum infection the parasitaemia index: the percentage of the infected red cells.

– P. vivax, ovale and malariae infection are treated with chloroquine, in case of P. vivax and ovale malaria followed by primaquine. Mefloquine and halofantrine are indicated for chloroquine-resistant vivax infections.

– Advice on management and treatment is different for mild and severe (≥ 5 infected erythrocytes or presence of complications) P. falciparum infections. Mild infections may be treated on an outpatient basis. In severe infections quinine has to be started immediately, while frequent checks of vital functions and blood parameters are indicated.

– New treatment options are the use of artemisinine (preparations) or atovaquon, both efficacious and low in adverse effects and toxicity.

Samenvatting

– Bij de diagnose ‘malaria’ dient de veroorzakende species te worden gemeld en bij een Plasmodium falciparum-infectie de parasitemie-index: het percentage geïnfecteerde rode cellen.

– P. vivax-, ovale- en malariae-infecties worden behandeld met chloroquine, voor P. vivax en ovale-infectie gevolgd door primaquine. Voor chloroquineresistente P. vivax-infecties zijn mefloquine en halofantrine geschikt.

– P. falciparum-infectie dient te worden onderscheiden in ernstige (≥ 5 geïnfecteerde erytrocyten of de aanwezigheid van complicaties) en niet-ernstige infectie. De laatste kan poliklinisch worden behandeld. Bij de ernstige vorm dient onmiddellijk kinine parenteraal te worden toegediend, terwijl frequente controle van vitale functies en bloedwaarden noodzakelijk is.

– Nieuwe behandelmogelijkheden worden gevormd door de toediening van artemisinine(preparaten) of atovaquon, beide goed werkzaam tegen malariaparasieten, met weinig bijwerkingen en toxiciteit.