Cystischefibrose en buikpijn

Klinische praktijk
K. de Meer
J.E. Dankert-Roelse
H.S.A. Heymans
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:2393-6

Zie ook het artikel op bl. 2417.

Dames en Heren,

Cystische fibrose, vroeger wel mucoviscidosis genaamd, is met een frequentie van 1 op 3500 pasgeborenen de veelvuldigst voorkomlende autosomaal recessief erfelijke aandoening met letale afloop in Nederland.1 Er zijn steeds meer aanwijzingen dat in de pathogenese van deze ziekte een gestoorde regulatie van chloorkanalen in de celwand een belangrijke rol speelt. De diagnose kan gesteld worden wanneer bij de zweetproef een te hoog gehalte aan natrium en chloor in het zweet wordt gevonden. Hoewel de zweetklieren van patiënten met cystische fibrose minder chloor (en passief water en natrium) uitscheiden,2 is de hernieuwde resorptie van chloor (en natrium) in de zweetbuisjes geblokkeerd.3

Enkele jaren geleden is aangetoond dat in de luchtwegen van patiënten met deze aandoening de regulatie van chloorkanalen in de apicale membraan van de epitheelcellen eveneens gestoord is.4 Hierdoor vermindert de chloor- en waterexcretie van…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Postbus 30.001, 9700 RB Groningen.

K.de Meer, assistent-geneeskundige; dr.J.E.Dankert-Roelse en prof.dr.H.S.A.Heymans, kinderartsen.

Contact prof.dr.H.S.A.Heymans

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties