Samenvatting
Doel
Vergelijken van het beloop van lichamelijke klachten en van de frequentie van artsbezoek voor 3 verschillende operationele definities van ‘somatiseren’.
Opzet
Descriptief vervolgonderzoek.
Plaats
Polikliniek Algemene Interne Geneeskunde, Academisch Ziekenhuis Leiden.
Methode
In een groep van 158 nieuw verwezen patiënten werd informatie verzameld over lichamelijke en psychische klachten en over de somatisch-medische diagnose. Het concept ‘somatiseren’ werd op 3 manieren geoperationaliseerd: (a) het zoeken van medische consultatie voor somatisch onverklaarde klachten, (b) het zoeken van medische consultatie voor somatisch onverklaarde klachten met daarbij een angststoornis of een depressieve stoornis volgens de ‘Present state examination’, en (c) het zoeken van medische consultatie voor somatisch onverklaarde klachten met daarbij een somatisatiestoornis of hypochondrie volgens de Diagnostic and statistical manual of mental disorders (DSM)-III-R-criteria. Na een vervolgperiode van 1,2 jaar werd voor de gehele onderzoeksgroep informatie verzameld over het beloop van de lichamelijke klachten en over de frequentie van artsbezoek.
Resultaten
Patiënten met somatisch onverklaarde klachten met daarbij een somatisatiestoornis of hypochondrie kenmerkten zich in het vervolgonderzoek door een groot aantal lichamelijke klachten en een hoge frequentie van artsbezoek. In vergelijking met de overige patiënten met onverklaarde klachten gingen zij gedurende de vervolgperiode 2,5 maal zo vaak naar de huisarts, bezochten zij 2 maal zo vaak een specialist en werden zij 6 maal zo vaak opgenomen in een ‘somatisch’ ziekenhuis.
Conclusie
Met weinig restrictieve criteria voor somatiseren werd een grote patiëntengroep geïdentificeerd met een betrekkelijk normaal (gemiddeld) ziektegedrag. Met meer restrictieve criteria werd een kleinere groep geselecteerd met meer extreem ziektegedrag.
Reacties