Samenvatting
- Diagnostiek en therapie van condylomata acuminata kunnen grotendeels in de huisartspraktijk plaatsvinden.
- Condylomata worden veroorzaakt door bepaalde typen humaan papillomavirus (HPV).
- Met betrekking tot de carcinogene eigenschappen worden bij HPV hoog- en laagrisicotypen onderscheiden.
- De volstrekt goedaardige condylomata zijn een niet-frequent symptoom van een infectie met laagrisico-HPV, terwijl cervixcarcinoom een zeldzame en late complicatie van hoogrisico-HPV is.
- Omdat hoog- en laagrisico-HPV andere virussen zijn, is er door condylomata geen vergrote kans op baarmoederhalskanker.
- Anogenitale HPV-infecties worden voornamelijk seksueel overgedragen. Het is zinvol onderscheid te maken tussen ubiquitaire seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA's) zoals infecties met HPV en herpes-simplexvirus (HSV), en weinig voorkomende SOA's als syfilis, gonorroe en HIV-infectie: ook bij niet-risicovol seksueel gedrag horen infecties met HPV en HSV, terwijl syfilis, gonorroe en HIV-infectie vrijwel uitsluitend voorkomen bij risicovol seksueel gedrag.
- Voor dubbelinfecties met HPV en Chlamydia trachomatis is aangetoond dat deze niet vaker voorkomen dan op grond van toeval verwacht mag worden.
- De literatuur geeft aan dat de aanwezigheid van condylomata acuminata op zichzelf geen reden is voor screening op andere SOA's.
Reacties