artikel
Patiënten die worden behandeld wegens terminale nierinsufficiëntie hebben een hoge sterfte. In een 10 jaar durend, prospectief cohortonderzoek volgden Foley et al. 433 patiënten met terminale nierinsufficiëntie vanaf de aanvang van nierfunctie-vervangende behandeling.1 Inclusiecriteria waren een technisch goed echocardiogram en een overlevingstijd van ten minste 6 maanden. De gemiddelde follow-up-duur was 41,1 maanden. Klinische manifestaties van cardiovasculaire ziekten waren frequent aanwezig bij het begin van de behandeling: 14 had coronaria-afwijkingen, 19 angina pectoris, 31 hartfalen, 7 ritmestoornissen en 8 perifere vaatafwijkingen. Bij echografie bleek 15 systolische dysfunctie, 32 linker-ventritrikeldilatatie en 74 linker-ventrikelhypertrofie te hebben. De gemiddelde overlevingsduur bedroeg 50 maanden. Leeftijd, diabetes mellitus, hartfalen, perifere vaatafwijkingen en systolische dysfunctie bleken onafhankelijke voorspellende factoren voor overlijden. Coronaria-afwijkingen gaven alleen een slechtere prognose bij patiënten met initieel hartfalen. Linker-ventrikeldilatatie en -hypertrofie toonden een verband met overlijden na 2 jaar. Coronaria-afwijkingen, angina pectoris en atriale aritmie daarentegen hadden weinig invloed op de sterfte. De onafhankelijke verbanden van de verschillende echografische afwijkingen waren: systolische dysfunctie ging gepaard met hogere leeftijd en coronaria-afwijkingen; linker-ventrikeldilatatie werd vooral gezien bij patiënten van het mannelijke geslacht, anemie, hypocalciëmie en hyperfosfatemie, terwijl linker-ventrikelhypertrofie samenging met hogere leeftijd, vrouwelijk geslacht, grote polsdruk, lage serum-ureumwaarde en hypalbuminemie.
De 149 patiënten die overleden tijdens het onderzoek stierven aan: myocardinfarct (10,1), plotselinge hartdood (25,5), andere cardiale oorzaken (11,4), andere vasculaire oorzaken (10,7), infecties (14,0), staken van de behandeling (12,1) en andere oorzaken (15,4).
De auteurs besluiten dat, zowel klinisch als echocardiografisch, cardiovasculaire aandoeningen vaak al aanwezig zijn bij het begin van de nierfunctie-vervangende therapie. Van de klinische manifestaties bleek hartfalen de belangijkste voorspellende factor voor overlijden. Echocardiografische vastgestelde systolische linker-ventrikeldysfunctie, linker-ventrikeldilatatie en linker-ventrikelhypertrofie bleken eveneens belangrijke voorspellers van overlijden te zijn.
Reacties