Bekkenfysiotherapie of afwachten bij een milde urogenitale prolaps?*

Onderzoek
Marian Wiegersma
Chantal M.C.R. Panman
Boudewijn J. Kollen
Marjolein Y. Berger
Yvonne Lisman-Van Leeuwen
Janny H. Dekker
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A8855
Abstract

Samenvatting

Doel

Vergelijken van het effect van bekkenfysiotherapie met een expectatief beleid in een eerstelijnspopulatie vrouwen van 55 jaar en ouder met een symptomatische milde urogenitale prolaps.

Opzet

Gerandomiseerde klinische studie in 15 huisartspraktijken in Noord-Nederland.

Methode

Vrouwen ≥ 55 jaar met een symptomatische milde prolaps – niet voorbij het hymen – werden gerandomiseerd voor bekkenfysiotherapie of een expectatief beleid. De primaire uitkomstmaat was verandering van bekkenbodemsymptomen na 3 maanden, gemeten met de Pelvic Floor Distress Inventory-20 (PFDI-20). Secundaire uitkomstmaten waren verandering in ziekte-specifieke en algemene kwaliteit van leven, seksueel functioneren, mate van prolaps, bekkenbodemspierfunctie en de subjectieve verandering van klachten.

Resultaten

Er werden 145 vrouwen gerandomiseerd naar bekkenfysiotherapie en 142 naar een expectatief beleid. Deelnemers in de bekkenfysiotherapiegroep verbeterden gemiddeld 9,1 punten (95%-BI: 2,8-15,4) méér op de PFDI-20-vragenlijst dan deelnemers in de expectatieve groep (p = 0,005). Van de deelnemers in de bekkenfysiotherapiegroep gaf 57% aan dat hun klachten verbeterd waren; in de expectatieve groep was dit slechts 13% (p < 0,0001). Voor de overige secundaire uitkomstmaten waren er geen significante verschillen.

Conclusie

Bekkenfysiotherapie gaf meer verbetering van bekkenbodemsymptomen dan een expectatief beleid. Het verschil tussen de groepen was statistisch significant, maar was kleiner dan het vooraf aangenomen, minimale klinisch relevante verschil van 15 punten. 57% van de deelnemers in de bekkenfysiotherapiegroep vond dat hun klachten verbeterd waren. Er is meer onderzoek nodig naar het effect van bekkenfysiotherapie op de lange termijn. Daarnaast moet onderzoek met een langere follow-up uitwijzen of bekkenfysiotherapie verergering van klachten of van de mate van prolaps kan voorkómen.

Auteursinformatie

*Dit onderzoek werd eerder gepubliceerd in British Medical Journal (2014;349:g7378) met als titel ‘Effect of pelvic floor muscle training compared with watchful waiting in older women with symptomatic pelvic organ prolapse: randomised controlled trial in primary care’. Afgedrukt met toestemming.

Rijksuniversiteit Groningen, Universitair Medisch Centrum Groningen, afd. Huisartsgeneeskunde, Groningen.

Drs. M. Wiegersma en drs. C.M.C.R. Panman, huisartsen in opleiding en promovendi (aiotho); dr. B.J. Kollen en dr. Y. Lisman-Van Leeuwen, epidemiologen; prof.dr. M.Y. Berger en dr. J.H. Dekker, huisartsen.

Contact dr. J.H. Dekker (j.h.dekker@umcg.nl)

Belangenverstrengeling

Belangenconflict en financiële ondersteuning: dit onderzoek werd financieel ondersteund door ZonMw. ICMJE-formulieren met de belangenverklaring van de auteurs zijn online beschikbaar bij dit artikel.

Auteur Belangenverstrengeling
Marian Wiegersma ICMJE-formulier
Chantal M.C.R. Panman ICMJE-formulier
Boudewijn J. Kollen ICMJE-formulier
Marjolein Y. Berger ICMJE-formulier
Yvonne Lisman-Van Leeuwen ICMJE-formulier
Janny H. Dekker ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties