Samenvatting
Doel
Inzicht te verkrijgen in de toepassing van de verschillende vormen van behandeling van spontane pneumothorax in Nederland.
Opzet
Inventarisatie door enquête.
Plaats
Landelijk.
Methode
Alle 268 praktizerende Nederlandse longartsen kregen een enquêteformulier toegezonden in november 1992. Bij de bewerking van de gegevens werd uitgegaan van de antwoorden per praktijk. Als grote praktijken werden beschouwd: academische ziekenhuizen, niet-academische ziekenhuizen met opleidingsbevoegdheid voor longziekten en tuberculose en ziekenhuizen waarin ten minste 4 longartsen werkzaam waren. De overige praktijken werden als klein beschouwd.
Resultaten
De respons was 89 van alle praktizerende longartsen. Een eerste spontane pneumothorax werd in kleine praktijken meestal behandeld met thoraxdrainage, in de grote praktijken wordt vaak thoracoscopie verricht. Deze techniek wordt gebruikt als uitbreiding van de diagnostiek om te beslissen welke therapie zal worden toegepast. Bij een recidief werd in beide praktijken meestal thoracoscopie verricht. De plaats van interventie-thoracoscopie en chirurgie bij de behandeling van de spontane pneumothorax stond niet vast.
Conclusie
Net als in de rest van de wereld, blijkt er ook in Nederland weinig consensus te bestaan over de behandeling van de spontane pneumothorax. Gerandomiseerd onderzoek met kosten-batenanalyse is nodig.
Reacties