Samenvatting
Bij gebruik van laagmoleculairgewicht heparine (LMWH) wordt de anti-Xa-activiteit in de praktijk vaak onterecht op dezelfde manier geïnterpreteerd als een internationaal genormaliseerde ratio (INR) bij coumarinegebruik. Er wordt namelijk geen duidelijk verband gezien tussen anti-Xa-activiteitwaarden buiten de therapeutische reikwijdte en de daaropvolgende dosisaanpassingen, en het optreden van complicaties. Het is daarom raadzaam om anti-Xa-activiteit zo min mogelijk te meten bij LMWH-gebruik. Alleen bij grote twijfel over onder- of overdosering kan de bepaling worden ingezet. Het is redelijk de LMWH-dosering te verlagen bij een juist afgenomen en goed getimede bepaling die een te hoge anti-Xa-activiteit laat zien. Wees terughoudender met het verhogen van de LMWH-dosering bij een te lage anti-Xa-activiteit; doseer in ieder geval niet hoger dan de standaarddosering op basis van het gewicht. Alleen extreem overgewicht en een verlaagde anti-Xa-activiteit of een trombotische complicatie tijdens LMWH-behandeling in standaarddosering zijn goede indicaties voor een hogere dosering dan standaard. De anti-Xa-activiteit moet daarbij wel binnen de referentiewaarden blijven.
Reacties