Naast de bekende risicofactoren voor coronaire atherosclerotische hartziekten (roken, diabetes mellitus, hyperlipidemie, hypertensie) zijn er de laatste jaren diverse andere geïdentificeerd, zoals lipoproteïne(a) (Lp(a)), fibrinogeen en hyperhomocysteïnemie. Cambien et al. deden een ‘case control’-onderzoek naar genetisch bepaalde risicofactoren en vonden een statistisch significante correlatie tussen een insertiedeletie (ID)-polymorfisme op het…
Artikelinformatie
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG
Reacties