Samenvatting
Bij 2 neonaten, een jongen en een meisje, die leden aan respectievelijk persisterende pulmonale hypertensie en asfyxie, werd anemie door massale foetomaternale transfusie vastgesteld (290 ml). Bij beide patiënten was eerder een sinusoïdaal cardiotocogram gevonden. De diagnose werd bevestigd door een positieve uitslag van de Kleihauer-Betke-test. Patiënten werden geïntubeerd en beademd en kregen erytrocytentransfusie. Voorspoedig herstel volgde. Het onderscheid tussen chronische en acute foetomaternale transfusie is van belang bij de keuze voor de transfusie: bij acute foetomaternale transfusie is een erytrocytentransfusie geïndiceerd, bij chronische, met normo- of hypervolemie, een wisseltransfusie. Dit onderscheid is moeilijk. De prognose van foetomaternale transfusie is niet bekend. Gezien de aard van de perinatale problemen en de kans op neurologische schade is langdurige follow-up aangewezen.
Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:885-7
Reacties