Samenvatting
Drie kinderen kregen allergische bronchopulmonale aspergillose (ABPA) als complicatie van astma of cystische fibrose (CF). De eerste patiënt was een 14-jarige jongen met CF, die zich presenteerde met een episode van hemoptoë en verminderde longfunctie. In eerste instantie werd hij behandeld met intraveneuze antibiotica, maar zonder dat de longfunctie verbeterde. Nadat behandeling was ingesteld met prednison en itraconazol, ging zijn toestand in belangrijke mate vooruit. De tweede patiënt was een 16 jaar oud meisje met CF, gecompliceerd door ABPA. Gedurende 2 jaar werd zij behandeld met prednison en itraconazol. Hoewel de klachten toenamen bij het afbouwen van het prednisongebruik, werd de behandeling met prednison stopgezet vanwege groeiachterstand en ernstige gewichtstoename. Twee jaar later werd haar CF opnieuw gecompliceerd door ABPA. De derde patiënt was een 16-jarige jongen met astma, die aanvankelijk werd behandeld voor een exacerbatie. In retrospectie bleek de oorzaak van de pulmonale exacerbatie een ABPA-episode te zijn. Deze casussen illustreren hoe belangrijk, maar ook hoe moeilijk het kan zijn om ABPA vroegtijdig te diagnosticeren en welke dilemma’s er zijn bij de behandeling teneinde het fibrosestadium van de ziekte te voorkomen.
Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:594-7
Reacties