Soms lees je dat het tuchtcollege een waarschuwing heeft uitgedeeld voor een fout waarvan je denkt ‘die maak ik ook weleens’. Wat doe je dan? Je leven beteren, plaatsvervangend verontwaardigd zijn, of je schouders ophalen? Een lastig dilemma.
Velen zullen het herkennen. Medisch Contact valt op de deurmat en meteen blader je naar de tuchtrechtelijke uitspraak (D6339). Waarschijnlijk vind je bij de meeste uitspraken, net als wij, dat er niet alleen recht is gesproken, maar ook is gedaan. Het is echter niet heel zeldzaam dat wij een uitspraak lezen waarbij we denken: Zo’n klacht zou iedereen, dus ook mij, zomaar kunnen overkomen. Het tuchtrecht zou zijn functie vervullen als u zich plechtig voorneemt datgene waarover is geklaagd, nooit (meer) te doen. Gebeurt dat ook altijd? Nou nee.
Uitspraken van het ‘dat-zou-mij-ook-kunnen-overkomen-type’ verbazen je nogal eens. Ze imponeren als een discrepantie tussen de praktijk van het tuchtrecht en de praktijk van de dokter. Deze indruk heeft te maken met de lenzen waardoor beiden naar de werkelijkheid kijken. De medische blik is bij de afwegingen tussen wat kan, moet en mag uiteindelijk pragmatisch georiënteerd. Anders gezegd: als het…
Reacties