Coassistenten en artsen in opleiding moeten een eerlijke beoordeling krijgen, ongeacht hun achtergrond. Toch liet een Nederlands onderzoek onlangs zien dat aiossen huisartsgeneeskunde met een migratieachtergrond het slechter doen tijdens de opleiding. Hoe kan dat?
Uit een recent onderzoek van Van Moppes en collega’s blijkt dat aiossen huisartsgeneeskunde met een migratieachtergrond vaker ‘onderpresteren’ dan hun mede-aiossen zonder migratieachtergrond.1 Dit onderpresteren houdt in dat ze vaker uitvallen, vertraging oplopen of verplichte coaching moeten volgen. Gezien de maatschappelijke voordelen van een diverse (huis)artsenpopulatie is het van belang om te achterhalen wat de oorzaken zijn van het onderpresteren. Een cruciale vraag hierbij is of aiossen met een migratieachtergrond daadwerkelijk slechter presteren tijdens de huisarts- of andere vervolgopleiding, of dat hun beoordelaars denken dat ze dat doen. Een vervolgvraag is dan waar we de oorzaken moeten zoeken: bij de aiossen of bij de beoordelaars of de opleiding? Weten wat de prestatieverschillen veroorzaakt is een eerste vereiste om interventies te kunnen ontwikkelen die beoordelingen tijdens de opleiding ‘eerlijk’ maken.
Het ligt aan de aios
In reactie op ons eigen onderzoek naar verschillen in beoordelingen van coassistenten kregen we vaak…
Reacties