Samenvatting
Doel
Beschrijving van de verschillen in verdrinkingsrisico van kinderen tot 10 jaar op grond van etnische herkomst en de ontwikkelingen daarin sinds 1996.
Opzet
Retrospectief.
Methode
Wij analyseerden gegevens over alle 266 kinderen jonger dan 10 jaar die in de periode 1996-2005 door verdrinking in Nederland overleden. Informatie over de doodsoorzaak was afkomstig van de doodsoorzakenstatistiek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Gegevens over de omvang en de samenstelling van de risicogroepen ontleenden wij aan de gemeentelijke basisadministraties.
Resultaten
Het verdrinkingsrisico van jonge kinderen verminderde sinds 1996 met circa een derde. Deze daling vond plaats onder autochtonen en de grootste, klassieke allochtone herkomstgroepen, Turken, Marokkanen en Surinamers. Het aantal gevallen van verdrinking nam echter toe bij niet-westerse allochtone kinderen uit de groep die overwegend bestaat uit asielzoekers die recent geïmmigreerd zijn. Hun verdrinkingsrisico was vanaf 3-jarige leeftijd 4 tot 8 keer zo hoog als dat van autochtone kinderen.
Conclusie
Tijdige voorlichting aan gezinnen met jonge kinderen die zich in Nederland vestigen is waarschijnlijk een belangrijk middel om de kans op verdrinking te verminderen. Voor de jongste kinderen dient daarbij het belang van toezicht te worden benadrukt, en voor iets oudere kinderen het belang van zwemvaardigheid.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2008;152:1216-20
Reacties