Dames en Heren,
Jaarlijks overlijden in Nederland iets meer dan duizend levendgeboren zuigelingen jonger dan 1 jaar, van wie 68 na een medische beslissing rond het levenseinde.1 De Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde heeft in 1992 een handreiking opgesteld voor zorgvuldige besluitvorming op dit punt.2 In dat rapport en ook in de door de vereniging opgestelde richtlijnen speelt overleg met de ouders een belangrijke rol (richtlijn ‘Actieve levensbeëindiging bij pasgeborenen’: www.nvk.pedianet.nl alleen voor leden). De arts is verplicht om de ouders op de hoogte te houden van de conditie en de prognose van het kind en moet een groot gewicht toekennen aan hun opvattingen. De ouders zijn degenen die later verder moeten leven met het verlies of met een gehandicapt kind. De opvattingen van de ouders zijn niet altijd dezelfde als die van de arts.
Dat er conflicten kunnen ontstaan rondom het levenseinde van kinderen van Jehova’s getuigen en…
Reacties