artikel
Waarom dit onderzoek?
Buikligging kan de oxygenatie verbeteren, maar geeft ook ongemak en een verhoogd risico op aspiratie. Observationele studies naar het effect van buikligging bij niet-geïntubeerde patiënten met covid-19 hebben tegenstrijdige resultaten laten zien. Mogelijk kan een gerandomiseerd onderzoek meer duidelijkheid verschaffen over het nut van buikligging bij deze patiënten.
Onderzoeksvraag
Kan buikligging de ziekenhuissterfte en het risico op respiratoir falen verlagen bij niet-ernstig zieke patiënten met covid-19?
Hoe werd dit onderzocht?
De onderzoekers verrichtten een multicentrische, pragmatische trial onder niet-ernstig zieke patiënten die vanwege covid-19 waren opgenomen op een verpleegafdeling van 1 van 15 deelnemende Canadese en Amerikaanse ziekenhuizen. Binnen 48 h na opname werden patiënten bij wie zuurstoftherapie met een inspiratoire zuurstoffractie (FiO2) tot 50% geïndiceerd was, gerandomiseerd tussen de interventiegroep of de controlegroep. Patiënten in de interventiegroep werden geïnstrueerd om 4 keer per dag op hun buik te liggen gedurende maximaal 2 h per sessie en om ’s nachts op hun buik te slapen, terwijl patiënten in de controlegroep deze instructies niet kregen. De primaire, samengestelde uitkomstmaat bestond uit: ziekenhuissterfte, mechanische ventilatie en verslechtering van de respiratoire toestand, gedefinieerd als de noodzaak tot zuurstoftherapie met een FiO2 ≥ 60% gedurende meer dan 24 h. Secundaire uitkomstmaten waren onder andere de door patiënten zelf gerapporteerde duur van de buikligging en de verandering van de ratio tussen de zuurstofsaturatie en de FiO2 tijdens de eerste 72 h van de opname.
Belangrijkste resultaten
Op het moment dat de ‘data and safety monitoring board’ adviseerde om de trial voortijdig te beëindigen wegens futiliteit waren 257 patiënten gerandomiseerd. Van 248 patiënten (mediane leeftijd: 56 jaar; 36% vrouw) werden de gegevens gebruikt in de ‘intention-to-treat’-analyse. De primaire uitkomstmaat trad op bij 18 (14%) van 126 patiënten in de interventiegroep en bij 17 (14%) van 122 patiënten in de controlegroep (oddsratio: 0,92; 95%-BI: 0,44-1,92). Gedurende de eerste 72 h van de opname lagen patiënten in de interventiegroep naar eigen zeggen mediaan 6 h (interkwartielafstand (IQR): 1,5-12,8) in buikligging, vergeleken met 0 h (IQR: 0-2) in de controlegroep. De mediane verandering van de ratio tussen de zuurstofsaturatie en de FiO2 tijdens de eerste 72 h van de opname was in beide groepen gelijk.
Literatuur
-
Fralick M, et al. Prone positioning of patients with moderate hypoxaemia due to covid-19: multicentre pragmatic randomised trial (COVID-PRONE). BMJ. 2022;376:e068585. doi:10.1136/bmj-2021-068585 Medline
Reacties