artikel
Vorige week was ik jarig. Niet dat u dat iets kan schelen, maar op mijn verjaardag wees de Eerste Kamer het epd af. Dat vond ik nou een mooi cadeautje. Niet omdat kwaliteitsverbetering mij niet aan zou gaan, maar omdat ik nimmer heb geloofd in de schaal van het hele traject. Het heilige geloof in techniek als oplossing voor een chaotisch probleem zoals communicatie in de zorg gaat me steeds meer tegenstaan. Het is niet zozeer mijn twijfel over het te grabbel gooien van privacy die mijn tegenstand tegen het landelijke epd voedt, maar het gebrek aan een fatsoenlijke probleemanalyse.
Doel was kwaliteitsverbetering van acute zorg, vooral voor patiënten buiten hun eigen regio. Nu zijn die er niet veel en het is ook de vraag of medicatie in acute situaties nu wel de allerbelangrijkste informatie is om uit te wisselen. Echte kwaliteitsverbetering bereik je door betere afstemming in de chronische zorg. Ondanks alle ketenprojecten is chronische zorg gezien de multimorbiditeit van patiënten nu eenmaal altijd complexe chaotische zorg, waarin huisartsen, praktijkondersteuners, specialisten, verpleegkundigspecialisten en wie al niet meer allerlei deeltaken hebben. Al die mensen schrijven van alles op en ze doen dat zelden systematisch.
In onze praktijk registreren we al jaren redelijk nauwgezet, omdat we meedoen met een landelijk huisartsennetwerk. Het kost ons grote moeite om alle dossiers keurig op orde te houden. Episoden moeten geopend en weer gesloten worden, journaalregels verplaatst, herhaalmedicatie gestopt, allergieën toegevoegd en vervolgens weer handmatig naar de apotheek gefaxt en chirurgische ingrepen via een onmogelijke lijst gecodeerd. Daar kan van alles mee misgaan. Als ik in een druk spreekuur niet oplet, vergeet ik wel eens wat. Medicatie van specialisten zou automatisch in mijn epd moeten komen en meestal gebeurt dat ook. Maar niet altijd en juist heel vaak niet bij geneesmiddelen die patiënten rechtstreeks uit of in het ziekenhuis krijgen of bij pillen die nog niet vergoed worden en die ze rechtstreeks van de fabrikant krijgen. Die staan ook niet in het medicatieregister van de openbare apotheek. Een landelijk epd werkt alleen als iedereen braaf altijd alle richtlijnen over adequaat medisch registreren volgt en dat lijkt me een illusie.
De gezondheidszorg volgt de wetten van de chaostheorie en die kun je niet in een simpel afspraakje over gegevensuitwisseling stoppen. Ik ben weer helemaal voor het voortbestaan van de Eerste Kamer.
EPD: een logisch probleem
Het EPD is niet alleen een mogelijke bedreiging voor de privacy van de patiënt, maar kan indien het wordt aangewend als diagnostisch instrumentook een negatief effect hebben op de kwaliteit van het medischhandelen. Mensen zijn geen eenvoudige, maar complexe systemen, d.w.z. systemen waarvan het gedrag wordt bepaald door vele uiteenlopende factoren. En dat geldt ook voor de meeste aandoeningenwaaraan mensen kunnen leiden. Als gevolg van het complexe karakter daarvankan het verloop van de meeste ziekten per definitie niet met zekerheid worden voorspeld.
De complexe systeemtheorie, voorheen chaostheorie genoemd, leert dat de voorspelling van complex gedrag beter is naarmate men over meer kennis beschikt van de actuele toestand van het complexe systeem in kwestie. In medisch jargon vertaald betekent dit dat de kwaliteit van het medische behandelplan in sterke mate afhankelijk is van de kwaliteit van de diagnose van de actuele situatie of status van de patiënt.
Voorgaande impliceert dat het gebruik van oude, veelal verouderde en niet zelden foutieve patiëntgegevens, zoals opgeslagen in het EPD, voorafgaande aan het stellen van de diagnose logischerwijs kan leiden tot een minder goede diagnose en daarmee behandelplan dan zónder het gebruik van die gegevens mogelijk zou zijn geweest. De optimistische cijfers die de minister heeft verkondigd wat betreft de levensreddende effecten van het EPD staan om die reden dan ook op zijn minst ter discussie.
Als een arts gebruikmaakt van het regionale EPD dan moet hij zich om bovengenoemde reden ter degen realiseren dat het gebruik van EPD-gegevens ten behoeve van de diagnosestelling de kwaliteit daarvan ook negatief kan beïnvloeden.
Dr. J.M. Koomen, apotheker/farmacoloog
Utrecht