eerder het resultaat van succesvolle aanpak dan een groeiend probleem

Steeds meer jongeren met alcoholintoxicatie opgenomen

Opinie
Paul Lemmens
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2012;156:A5065
Abstract
Download PDF

artikel

Alcoholgebruik door minderjarigen is een onderwerp dat de tongen losmaakt in de Nederlandse samenleving. In de landelijke media verschenen recentelijk 3 berichten over drankgebruik onder minderjarigen en de gevolgen daarvan, die het verdienen om naast elkaar te worden bezien.

Strafmaatregelen

Het eerste bericht was de oproep van Herre Kingma – gelanceerd als twitterbericht – om jeugdige patiënten te laten betalen voor de medische kosten die ze veroorzaken als ze door hun excessief drankgebruik in het ziekenhuis worden opgenomen met de hoofddiagnose ‘alcoholvergiftiging’.1 De Amsterdamse burgemeester Van der Laan deed daar nog een schepje bovenop. Hij stelde voor om mensen met een alcoholintoxicatie die door een ambulance worden opgehaald, strafrechtelijk te beboeten wegens openbare dronkenschap, naar ik aanneem ook als het bedrinken zelf in een privésituatie plaatsvond.2 De discussie daarover in de pers liet overigens weinig steun zien voor deze strafmaatregelen, al was het maar omdat ze juridisch moeilijk uit te voeren zijn.3,4

Noodklok

Een tweede persbericht kwam van het Nederlands Signaleringscentrum Kindergeneeskunde (NSCK), in de persoon van Nico van der Lely, kinderarts in het Reinier de Graaf Gasthuis.5 Geconstateerd werd dat het aantal kinderen dat jaarlijks met acute alcoholvergiftiging naar een ziekenhuis was gebracht, weer toegenomen was. Dit aantal was gestegen van 297 in 2007 tot 762 in 2011, met een lichte daling van de gemiddelde leeftijd en een lichte verhoging van de gemiddelde alcoholconcentratie in het bloed. Van der Lely luidde de noodklok met de verzuchting: ‘Het is wachten tot de eerste dode valt’.

Resultaten van onderzoek

Het derde bericht komt van het bekende ‘Health behaviour in school-aged children’ (HBSC)-onderzoek, waaruit bleek dat het alcoholgebruik van Nederlandse jongeren relatief laag te noemen is in vergelijking met jongeren uit andere landen.6 Op veel indicatoren voor alcoholgebruik scoort Nederland in de laagste regionen. Opvallend is wel dat de prevalentie van wekelijks drankgebruik na het 13e levensjaar beduidend toeneemt. Onderzoek van het Trimbos-instituut, de Nederlandse uitvoerder van de HBSC-studie en het Peilstationsonderzoek, laat zien dat het alcoholgebruik van de hele groep scholieren van 12-16 jaar tussen 2003 en 2009 systematisch is gedaald.7 Dit geldt vooral voor de groepen tot 15 jaar. Opvallend is dat ook het bingedrinken is afgenomen, hoewel het aantal bingedrinkers in absolute termen nog steeds hoog is te noemen.

Verklaringen voor de trends

Er zijn dus tegenstrijdige trends zichtbaar: enerzijds een daling in het alcoholgebruik volgens het HBSC-onderzoek en het onderzoek van de peilstations, anderzijds een de stijgende lijn in het aantal opnames ter observatie wegens acute alcoholintoxicatie in de ziekenhuizen. Hoe is die tegenstrijdigheid te verklaren? De succesvolle aanpak van het NSCK en kinderarts Van der Lely en de communicatie daarover vormen in mijn ogen een voor de hand liggende verklaring. In zijn persbericht vond ik dat hij te weinig nadruk legde op het succes van die aanpak – een vorm van bescheidenheid – en te veel op wat in sociologie wel wordt genoemd ‘het creëren van een morele paniek’ en retoriek rond het bingedrinken van Nederlandse jongeren.

In veel publicaties en presentaties wordt gesproken van ‘een groeiend probleem’.8,9 Het toenemend aantal jongeren dat onder medisch toezicht mag ontnuchteren wijst volgens mij echter niet zozeer op een groeiend probleem onder jongeren, als wel op een verhoogd besef van de gevaren rond acute alcoholintoxicatie. Waar vroeger de comateuze jongere simpelweg in zijn eigen bed of elders aan zijn lot werd overgelaten, wordt nu sneller een ambulance gebeld. Dat is winst en draagt misschien ook wel bij aan de dalende trend in drankgebruik onder de jeugdigen.

Het is ook zeker dat een groot aantal van deze patiënten op eigen houtje zonder schade zou zijn ontnuchterd. Het aandeel van deze groep patiënten is in de laatste jaren wellicht proportioneel toegenomen onder de opnames van jeugdigen wegens acute alcoholintoxicatie. De soms zeer lage alcoholconcentraties in het bloed van deze patiënten zijn een indicatie in die richting.5

Eerdere artikelen in het Tijdschrift gingen al – zijdelings – in op het opnamebeleid bij alcoholintoxicatie.10,11 De niet strikt medische noodzaak van ontnuchtering-onder-toezicht verklaart misschien dat Kingma de groei van het aantal opnames als vermijdbaar, zorgbelastend en niet strikt medisch geïndiceerd ervaart. Wellicht redt de NSCK-aanpak en -procedure toch ook levens. Dit zou dan verklaren waarom Van der Lely nog geen jongere aan acute alcoholintoxicatie heeft zien overlijden, al zijn die er wel geweest; een voorbeeld is student Reinout Pfeiffer, wiens overlijden in 1997 met medisch toezicht misschien vermeden had kunnen worden. Ook dat zou als een succes van de NSCK-aanpak kunnen worden opgevat. Een derde aanwijzing voor het succes van de aanpak is de scherpe knik opwaarts in de curve van opnames in het jaar 2003, min of meer samenvallend met de start van de NSCK-campagne; de curve van het alcoholgebruik door jeugdigen vertoont deze knik niet.9,12

Interessant in de gegevens van de NSCK-groep is dat de verhouding jongens en meisjes onder alcoholintoxicaties vrijwel gelijk is, terwijl bekend is dat vanaf 15 jaar de jongens meer drinken en vaker extreem veel drinken. Bij elkaar genomen wijzen klinische observaties en de daling van het aantal geregistreerde comazuipers ouder dan 16 jaar erop dat het vooral onervaren drinkers zijn die slachtoffer van hun eigen drinken worden. Slechts 17% van alle adolescente patiënten in de NSCK-registratie is 17 jaar, tegen 35% 16-jarigen. Dit zou erop kunnen wijzen dat oudere adolescenten de werking van alcohol beter kennen en hun grenzen beter weten te bewaken. Overigens is in de registratie via het letselinformatiesysteem (LIS) van Consument en Veiligheid geen daling zichtbaar van gevallen bij adolescenten ouder dan 16 jaar. De piek van de ziekenhuisopnames ligt daar bij de 18-jarigen.12

Oproep

Ik besluit met een oproep van een onderzoeker die het excessieve drankgebruik aan een Amerikaanse universiteit indringend in beeld heeft gebracht.13 Net als Van der Lely pleit hij ervoor dronken jongeren niet aan hun lot over te laten: ‘And when things fall apart, as they inevitably do, drinking partners are there for one another. [...] If you are going to drink [..] take care of each other’. [En wanneer je het niet meer trekt, zoals onvermijdelijk een keer zal gebeuren, dan heb je je drinkmaten om op terug te vallen. Maar als jullie het op een drinken gaan zetten, let dan goed op elkaar.] Medisch professionalisme vereist eenzelfde basishouding.

Literatuur
  1. Vriesema I. ‘Dronken jongere moet zelf betalen’; Ziekenhuisdirecteur Kingma ziet steeds meer patiënten met alcoholvergiftiging. NRC Handelsblad, 8 maart 2012.

  2. Van der Laan: boete voor comazuiper. NRC Handelsblad, 13 maart 2012.

  3. Vriesema I. Een comazuiper is echt niet bezig met boetes. NRC Handelsblad, 9 maart 2012.

  4. Weeda F. Het is wel vaker de schuld van de patiënt. NRC Handelsblad, 9 maart 2012.

  5. Flink E, Stoffelen A. Weer meer comazuipers in 2011. de Volkskrant, 25 april 2012. link

  6. Currie C, Zanotti C, Morgan A, et al. Social determinants of health and well-being among young people. Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) study: international report from the 2009/2010 survey. Genève: WHO; 2012. link

  7. Van Dorsselaer S, de Looze M, Vermeulen-Smit E, et al. HBSC 2009 – Gezondheid, welzijn en opvoeding van jongeren in Nederland. Utrecht: Trimbos-instituut; 2010.

  8. Bosman D, Kruisinga F. Alcoholintoxicatie bij jongeren een groeiend probleem. Ned Tijdschr Geneeskd. 2011;155:A3363.NTvG

  9. Van Kleef LE, van der Lely N. Jongeren met alcoholintoxicatie: een groeiend probleem. Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150,2521-2.NTvG

  10. Wilsterman MEF, Dors N, Sprij AJ, Wit JM. Kliniek en beleid bij jongeren met alcoholintoxicatie op de afdelingen voor spoedeisende hulp in de regio Den Haag, 1999-2001. Ned Tijdschr Geneeskd. 2004;148:1496-500.NTvG

  11. Paling EP. Kliniek en beleid bij jongeren met alcoholintoxicatie op de afdelingen voor spoedeisende hulp in de regio Den Haag, 1999-2001 [ingezonden] Ned Tijdschr Geneeskd. 2004;148:1504.NTvG

  12. Valkenberg H. Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar. Amsterdam: Stichting Consument en Veiligheid; 2010.

  13. Vander Ven Th. Getting wasted. Why college students drink too much and party so hard. New York: New York University Press; 2011, bl. 181-2.

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum Maasticht, afd. Gezondheidsbevordering, Maastricht.

Contact Dr. P. Lemmens, klinisch-psycholoog (P.lemmens@maastrichtuniversity.nl)

Verantwoording

Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.
Aanvaard op 9 mei 2012

Auteur Belangenverstrengeling
Paul Lemmens ICMJE-formulier
Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties

Rond 2006 viel het kinderartsen en parallel hieraan de Media (NOVA 18 april 2006) op dat er een opvallende toename was van het aantal kinderen met een alcoholvergiftiging.  Na dit gemeld te hebben1,2,3  werd pas gebruik gemaakt van het Nederlands Signaleringscentrum Kindergeneeskunde ( NSCK) om  inzage te krijgen in de aantallen en kenmerken. Het alcohol rapportage-percentage kan goed  vergeleken worden met de andere NSCK rapportages (bv. Down), waarvan de prevalenties goed gerelateerd blijken aan nationale cijfers (bv CBS).  Een onderrapportage van de alcoholintoxicaties is waarschijnlijk, ‘men’ laat kinderen vaak thuis in bed liggen. De NSCK rapportages  5zullen gelijk andere (Trimbos), zeker een positief effect hebben gehad  op  de politiek, ouders en indirect op kinderen i.h.a.  Opvallend blijft dat diegenen die drinken meer lijken te drinken. Onderzoek van het  Letsel Informatie Systeem (LIS)  4 toont ook een toename van de problematiek, passend bij wat Kingma en van der Laan waarnemen.  Wij initiëren op dit moment onderzoek naar dit ‘tegenstrijdig’ lijkend fenomeen van meer opnamen bij een vermeend minder drinken in de populatie.  Voor de goede orde, jongens drinken inderdaad anders dan meisjes en er is een toegenomen percentage opgenomen kinderen van 16+.  

I.s.m. kinderpsychologen van de alcoholpoli’s worden risicofactoren voor veel gebruik in kaart gebracht en kennis verspreid . Kinderen voelen de alcohol minder (plots ‘out’ raken), zien van elkaar minder dat men dronken raakt, men ‘zwalkt’ nagenoeg niet en leven in wat psychologen de’ puber paradox’ noemen. Ik wil toch een kanttekening plaatsen bij de opmerking “..als jullie het op een drinken gaan zetten, let dan goed op elkaar”. Dat werkt niet.

 

 Nico van der Lely, kinderarts, Reinier de Graafziekenhuis

 

  1. Albers H.M., Lely van der N. Toenemende incidentie van alcoholintoxicatie bij kinderen tussen de 11 en 16 jaar.  Ned Tijdschr. Geneesk. 2004(148) No.30 p1504-06.
  2. Van Kleef LE, van der Lely N. Alcoholintoxicatie onder jongeren, aanpakken voor het te laat is. JGZ Tijdschrift voor Jeugdgezondheidszorg, Okt 2007, No 39; p 82-84.
  3. Rook D, van der Lely N. Alcoholintoxicatie bij jongeren: een groeiend probleem. Psychiatrie centraal. No. 07 2007. P12 -13
  4. H.Valkenberg en S. Nijman. Alcoholvergiftigingen en ongevallen met alcohol bij jongeren van 10 tot en met 24 jaar. Rapport 2011.093/10.0029/Consument en Veiligheid/01-06-2011.
  5. Alcohol intoxication among Dutch   adolescents; Gender differences and trends over time. Van Zanten E, van Hoof, JJ, van der Lely N. Acta Paediatrica 2011, 100 (Suppl 463) pp 13-83. 

Dank voor uw reactie die, naar ik meen, in lijn is met mijn suggestie dat het aantal alcoholintoxicaties, zoals gemeld in ziekenhuizen niet perse een afspiegeling hoeft te zijn van de werkelijke prevalentie. Ik deel uw mening dat het waargenomen aantal waarschijnlijk een onderschatting is. Ik sluit ook niet uit dat het drinkgedrag van jongeren in de loop der tijd is veranderd, in de zin dat het geconcentreerder is geworden (denk aan bijvoorbeeld aan het populaire ‘indrinken’) of de alcoholsterkte van de preferente drank waardoor de kans op hoge bloedalcoholconcentraties en vergiftiging is toegenomen. De risicofactoren voor een jeudige alcoholintoxicatie die u noemt wijzen inderdaad op gebrek aan ervaring in het herkennen van serieuze intoxicatie-effecten zowel door de drinker zelf als door de omgeving. Alcoholgebruik door volwassen is veel regelmatiger, meer gewoontegedrag dan het minder voorspelbare experimenteergedrag van jongeren. Het is een feit dat pubers sneller drinken, iets dat wellicht ook door groepsdruk wordt gestimuleerd. Daardoor krijgen ze minder feedback van het effect van de hoeveelheid drank die ze tot zich nemen. Misschien dat de dynamiek (en kinetiek) in jeugdig drinkgedrag in uw onderzoek kan worden meegenomen. Er zijn vele puberparadoxen waar te nemen, zoals bijvoorbeeld door Ronald Dahl, psycholoog aan de University of Pittsburgh (en UvA), zijn belicht (1). Een voorbeeld is de gezondheidsparadox waarbij een hoge mate van ongezond gedrag niet direct geassocieerd is met ziekte. Misschien is het feit dat er zich zo weinig lethale alcoholintoxicaties bij pubers voordoen er een voor zijn puberale paradoxreeks. Dahl stelt dat de jongeren geen gebrek aan kennis van gezondheidsrisico’s hebben, of een gebrek aan angst voor de gevolgen, maar dat ze dergelijke gezondheidsrisico’s emotioneel anders ervaren en evalueren dan volwassenen. Ze nemen het feitelijke risico dus vaak niet als leidraad voor hun eigen gedrag. Toch is zo’n irrationele situatie in zijn ogen niet geheel zinloos. Puberaal risicogedrag is óók nuttig en onderzoek laat zien dat brave, niet-drinkende of drugsgebuikende jongeren niet automatisch succesvolle, gelukkige volwassenen worden (2,3). Ook is de situatie niet hopeloos. Opties zijn denkbaar die gezondheidsschade beperken rekening houdend met de puberwerkelijkheid. Hoewel een leeftijdsverbod een neerwaarts effect heeft gehad op de consumptie door minderjarigen in de VS (21 jaar), zijn uitspattingen ook daar legio. In de visie van Dahl zou het effectiever zijn om een stapsgewijze initiatie van drankgebruik toe te staan, zoals gebruikelijk in autogebruik in de VS, waardoor de jeugd wellicht voorzichtiger met drank leert omgaan.

Paul Lemmens

1. Beintema N (2009) Puberparadox. Interview met Ron Dahl. NRC, 11-04-2009

2. Shedler J. & Block J. (1990) Adolescent drug use and psychological health, American Psychologist, 45:5, 612-630

3. Vaillant G (1995) The natural history of alcoholism revisited. Cambridge: Harvard University Press.

In het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde van 7 juli 2012 las ik uw commentaar met als titel ''Steeds meer jongeren met alcoholintoxicatie opgenomen''.  In het artikel dat peilstationsonderzoek laat zien dat het alcoholgebruik van de hele groep scholieren van 12-16 jaar tussen 2003 en 2009 systematisch is gedaald.

Echter dit onderwerp is in de genoemde periode niet onderzocht in de CMR Peilstations van het NIVEL. De bijbehorende referentie van de uitspraak verwijst naar een onderzoek van het Trimbosinstituut, die bij even nakijken inderdaad ook een peilstationsregistratie heeft.

Verwarrend twee peilstations met dezelfde naam.

 

Gé A. Donker, huisarts-epidemioloog, projectleider CMR peilstations NIVEL

Inderdaad is dat verwarrend. Voor de volledigheid: Het HBSC onderzoek loopt parallel aan het Peilstationsonderzoek Scholieren dat sinds 1984 elke 4 jaar door het Trimbos wordt uitgevoerd. De gegevens van HBSC en Peilstationonderzoek komen uit hetzelfde veldwerk. Het laatste geeft wat gedetailleerdere informatie. Naast het genoemde HBSC onderzoek heb ik cijfers bekeken in de volgende publicaties: Peilstationsonderzoek Jeugd en Riskant Gedrag 2007 (Monshouwer et al.), en de Nationale Drugs Monitor 2011 (M. van Laar) waarin recentere uitkomsten zijn meegenomen. Beide zijn te lezen op de website van het Trimbos.

Voor meer info: http://www.trimbos.nl/nieuws/trimbos-nieuws/nieuw-peilstationsonderzoek-scholieren-van-start-in-2011

http://www.trimbos.nl/onderwerpen/alcohol-en-drugs/alcohol/feiten-cijfers-en-trends

 

 

Paul Lemmens